De fatale bedevaart van Barbara Aardappel Niemendal

Ter gelegenheid van internationale vrouwendag wil ik het verhaal vertellen van een vergeten vrouw. Een vrouw die de geschiedenis níet van koers deed veranderen. Haar leven had geen grote invloed op dat van anderen. Ze had zelfs geen man of kinderen die na haar sterven weemoedig aan haar terug konden denken. Ze was niet opstandig of rebels. Integendeel…
Barbara Somers was een brave vrouw. Ze was geboren op 4 december 1830 in Budel. Als dochter van een winkelier had ze een keurige burgerlijke opvoeding gehad. Ze had de basisschool bezocht en was zoals iedereen in haar omgeving rooms-katholiek. Ze was ijverig en beweeglijk, een zachtaardige en goedhartige vrouw, hoewel enigszins nerveus van aard en lichtgeraakt, zoals er later over haar genoteerd werd. Ze trouwde nooit en verdiende de kost als koopvrouw. Het enige opmerkelijke aan haar was, dat zij graag buiten was.

In september 1873 ging Barbara voor het eerst op bedevaart naar Kevelaer om de heiligedienstregeling kevelaer Maria, Troosteres der Bedroefden, te eren. En zij was niet de enige. De bedevaart naar Kevelaer bestond al zo’n tweehonderd jaar, het bracht de katholieke bevolking uit heel Nederland op de been. Extra treinen uit Amsterdam en Rotterdam werden ingezet, reisorganisaties en horecaondernemers sponnen er garen bij. Vanuit een aantal plaatsen werd er ook wel gelopen. Wie niet kon lopen werd dan op karren vervoerd. De eerbied die bedevaartgangers voelden werd door ene A.v.N. uit Bergen (Limburg) treffend verwoord in het Venloosch Weekblad:

In de vroegste vroegte van dien dag riepen de klokken in het stille dorp de talrijke pelgrims ter kerke om de h. Mis bij te wonen, en gezamenlijk tot de tafel des Heeren te naderen. Zoo voorbereid trokken zij kort daarop biddend heen door de eenzame heide, die ons dorp op drie uur gaans van Kevelaer scheidt. Daar knielden zij in een godvruchtig, berouwvol gebed aan de voeten van Maria neder, om door haar machtige voorspraak van God de gewenschte genaden, den verlangden bijstand te verkrijgen. In den avond bij hunne terugkomst vereenigden zij zich nogmaals met de andere geloovigen in de dorpskerk om een dankgebed en de smeekgebeden, door Zijne Heiligheid voorgeschreven, te verrichten. Die pelgrims met hunnen herder hebben ons allen een schoon voorbeeld gegeven. (13-10-1883)

Barbara kwam na haar pelgrimage in verwarring terug in Budel. Het zal niet de reis zelf zijn geweest die haar uit balans had gebracht. Gereisd had ze wel vaker. Ze was zelfs wel in Middelburg geweest, waar haar broer zich gevestigd had. Kevelaer was lang niet zo ver weg. Waren het de mensenmassa’s, die haar uit balans hadden gebracht? Was het de religieuze geestdrift, die haar parten speelde? De schok misschien van de aanblik van mensen met allerlei aandoeningen en kwalen, die hoopten op een wonder? Zeker is dat ze een half jaar verpleegd moest worden in het krankzinnigengesticht Rosmalen tot ze hersteld was.

In 1883 ging ze opnieuw op bedevaart naar Kevelaer. Voor het eerst werd een schitterend Mariabeeld, dat vervaardigd was in Eindhoven, plechtig rondgedragen tijdens de processie. Pelgrims keerden opgetogen terug naar huis. Maar Barbara had onaangenaamheden gehad op reis. Kevelaer5Eenmaal terug in Budel vonden de mensen in haar omgeving haar zo vreemd doen dat men weer om opname in Coudewater verzocht. Men zei over haar dat ze scrupuleus en diepzinnig deed. Ze gedroeg zich vreemd in de kerk. Barbara bleek tijdens de bedevaart een verschijning te hebben gezien van Onze Lieve Vrouwe. Daar wilde of kon zij echter maar moeilijk over spreken. Wel gaf ze aan dat zij in alles wilde zorgen. Ze wilde tegenspoed en ongelukken wegnemen. Ze sprak over dat zij schatrijk was, dat zij was waar zij wezen moest. Ze bad veel, en hoewel zij fysiek gezond was – volgens haar naasten althans – leken haar geestvermogens verzwakt.

De artsen constateerden bij opname dat zij rustig was, maar een dof en treurig uiterlijk had. Ze vroegen haar naar het incident tijdens de bedevaart. Daarop werd ze boos: ze wilde er niet over praten, ook niet over de personen die bij het gebeuren betrokken waren geweest. Als men naar haar naam vroeg weigerde zij die te noemen. Alleen geestelijken mochten het haar vragen. Toen sprak ze: “Mijn naam is Barbara Aardappel Niemendal”. De visioenen bleven komen, maar ze weigerde erover te praten. Wel sprak ze veel in zichzelf. In het krankzinnigengesticht Coudewater voegde ze zich zonder verzet naar de dagindeling. Ze deed de dagelijkse werkzaamheden en liet zich gehoorzaam leiden. De artsen stelden de diagnose: melancholia agitans (hallucinatoria).

Na enkele weken in Rosmalen werd ze angstiger en weerbarstiger. Ze begon regelmatig voedsel te weigeren. Tenslotte werd haar in januari 1884 tweemaal voedsel via de neus toegediend met een slokdarmsonde. Barbara bleek lichamelijk toch niet helemaal in orde. De artsen ontdekten op haar rechterbil een gangreneuze plek ter grootte van drie rijksdaalders met een rode, ontstoken rand. Men schreef haar bedrust voor. Ze kreeg decubitus op de beide dijbenen. Hoesten deed zij ook, zo nu en dan. Een slechte adem, als indicatie voor een longinfectie, had zij echter niet. Wel bleef ze vermageren, tot zij ineens dood was op 12 februari 1884. Barbara Somers was slechts zevenenveertig jaar oud geworden.

De artsen stonden voor een raadsel. Waardoor was Barbara, deze schijnbaar gezonde vrouw, overleden? Ze deden autopsie. Dat moet toch een schok hebben veroorzaakt. Ze had drie grote galstenen, gangreneus vocht in en enkele harde plekjes op de longen: genuïne tuberculose. Verder had ze een chronische maagcatarre met verdikking van het slijmvlies, een aangeboren misvorming van het hart en hartzakje en een oedeem aan de hersenvliezen.

Geraadpleegde bronnen:
www.zoekjestamboom.nl
erfgoedshertogenbosch.nl
Verslag van het Geneeskundig Gesticht voor Krankzinnigen te Coudewater
www.bhic.nl
wikipedia
www.delpher.nl

Was jouw voorouder ook een patiënt in Coudewater? Zoek het op! Wil je weten hoe het krankzinnigengesticht Coudewater georganiseerd was? Lees dan vooral dit verhaal: Geen vetpot in Coudewater (1870-1885). Of kijk bij mijn andere artikelen over historische psychiatrie!

PS: een tip: abonneer je op dit blog! Dan mis je geen enkel verhaal over arme Brabanders van vroeger.

Misschien ook interessant...?

Je emailadres wordt niet getoond. Naam en email zijn verplicht